Dienstbaarheid

De NPO, RPO en de publieke media-instellingen  (hierna samen: de publieke omroepen) hebben een publieke taak. Zij verzorgen media-aanbod voor de mensen in Nederland. Dit media-aanbod moet in overeenstemming zijn met een aantal publieke waarden. Zo moet het media-aanbod (volgens de Mediawet) onafhankelijk zijn van commerciële invloeden en van overheidsinvloeden. Verder moet het media-aanbod van de publieke omroepen moet voldoen aan hoge journalistieke en professionele kwaliteitseisen. Het redactiestatuut moet deze redactionele onafhankelijkheid waarborgen ten opzichte van adverteerders, sponsoren en anderen die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van het media-aanbod. 

Eén van de regels om de non-commercialiteit van de publieke omroepen te waarborgen betreft het dienstbaarheidsverbod. 

Het dienstbaarheidsverbod vormt een belangrijke bescherming voor de non-commercialiteit van de publieke omroep: de met publiek geld gefinancierde publieke omroepen mogen niet dienstbaar zijn aan het behalen van meer dan normale winst of ander concurrentievoordeel door derden. Op de publieke omroepen rust de verantwoordelijkheid het non-commerciële karakter van het publieke mediabestel te bewaken, en daarmee hun eigen bestaansrecht te waarborgen. Zij hebben een zorgplicht om dienstbaarheid te voorkomen.

Het dienstbaarheidsverbod vormt ook een belangrijke bescherming in het kader van de eisen die het Europese staatssteunrecht stelt aan de financiering van de publieke omroep. Mede doordat de publieke omroepen niet dienstbaar zijn aan de commerciële belangen van derden, is financiering uit publieke middelen gerechtvaardigd.

Wat is dienstbaarheid? 

Dienstbaarheid is alles wat de publieke omroepen doen of nalaten, en wat kan leiden tot meer (potentiële) winst van een derde.  Dienstbaarheid kan daarmee ontstaan zowel binnen als buiten het media-aanbod.

Waarvoor geldt deze regel?  

De regel geldt voor alle activiteiten van de publieke omroepen binnen en buiten het media-aanbod. Zonder volledig te zijn, kan het dan gaan om alle uitingsvormen en afspraken rond de productie van media-aanbod, maar ook over geschreven teksten (op website, socials of papier), (de inhoud van) contracten, bescherming van eigendomsrechten, samenwerkingen, nevenactiviteiten, etc.

Hoe en waar kan dienstbaarheid ontstaan? 

Dienstbaarheid kan op vele manieren ontstaan. Het treedt op wanneer anderen (derden) een financieel voordeel behalen door het handelen of nalaten daarvan door een publieke omroep. Veelvoorkomende situaties zijn het maken van afspraken rond het ontwikkelen van een programma. Het gaat hierbij bijvoorbeeld over de inhoud van het programma, het moment van uitzenden of over het (meer dan vanuit journalistiek oogpunt) aandacht geven aan een bedrijf, of de producten of diensten daarvan. Het maken van afspraken hierover kan al snel een overtreding van het dienstbaarheidsverbod opleveren. De publieke omroepen moeten ook goede afspraken maken bij nevenactiviteiten (bijvoorbeeld bij de verhuur van studioruimte). Zijn de afspraken niet marktconform, dan kan dit leiden tot een overtreding van het dienstbaarheidsverbod. 

Er zijn ook situaties denkbaar waarbij een media-instelling niet actief het dienstbaarheidsverbod overtreedt, maar verzuimt om de rechten op de eigen programma’s en het eigen merk te handhaven. Zo moet een omroep er bijvoorbeeld voor zorgen dat anderen (derden) niet meeliften op hun media-aanbod. Bijvoorbeeld doordat een boekhandel stickers op een boek plakt, waarbij verwezen wordt naar een (bespreking in een) programma of een ander een product aanbeveelt door te verwijzen naar een programma.  

Tot slot kan aandacht voor een bedrijf, product of dienst in een programma, ook al blijft het binnen de regels voor vermijdbare uitingen, toch leiden tot een overtreding van het dienstbaarheidsverbod. Bijvoorbeeld als (direct) voor of na een programma reclame wordt gemaakt voor het bedrijf, product of dienst, dat in het eerdergenoemde programma is besproken. Volgens het Commissariaat is dit effect niet meer aanwezig als er (meer dan) twee programma’s zitten tussen het programma waar het bedrijf, product of dienst aan de orde is geweest én een reclameboodschap voor dit bedrijf, product of dienst.   

Let op: het tonen van de naam van een bedrijf, producten of diensten kunnen ook overtredingen van vermijdbare uitingen tot gevolg hebben. Zie hiervoor de pagina vermijdbare uitingen.

Marktconform handelen 

Het dienstbaarheidsverbod staat niet in de weg aan marktconform, normaal economisch handelen. Samenwerken mag dus, maar een derde mag uit deze samenwerking niet een meer dan normale winst of andere concurrentievoordelen behalen. Dit uitgangspunt heeft de wetgever in de toelichting bij de Mediawetnog eens benadrukt en is ook bevestigd door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling).

Toetssteen 

Vanzelfsprekend moet de vraag of er sprake is van dienstbaarheid uiteindelijk worden beantwoord aan de hand van alle relevante feiten en omstandigheden van een specifiek geval, die daarbij in onderlinge samenhang worden bezien. Dat betekent dat het niet mogelijk is om alle toekomstige situaties te voorzien en in beleid te vervatten. Uitgangspunt is de non-commercialiteit van de publieke omroep bij alle activiteiten. 

Praktijk 

In de afgelopen (tientallen) jaren heeft het Commissariaat zich regelmatig uitgesproken over (overtreding van) het dienstbaarheidsverbod. De rechtbank(en) en de Afdeling hebben verschillende besluiten van het Commissariaat getoetst. De rechtspraak is daarbij naar zijn aard casuïstisch: of sprake is van overtreding van het dienstbaarheidsverbod hangt af van de feiten en omstandigheden van de situatie zoals die zich concreet voordeed. Maar uit de uitspraken kunnen wel drie handvatten worden afgeleid, die de publieke omroepen houvast kunnen bieden bij wat zij kunnen doen om overtreding van het dienstbaarheidsverbod te voorkomen, namelijk:  

  1. De omroep is verantwoordelijk voor vorm en inhoud van de programma’s. Je mag het maken van programma’s wel (deels) uit handen geven, bijvoorbeeld aan een producent, of bestaande programma’s inkopen. Ook in die gevallen blijft de omroep verantwoordelijk voor vorm en inhoud.   
  2. Laat je niet voor het karretje van derden spannen. 
  3. Houd grip op de wijze waarop derden kunnen meeliften met (media-aanbod van) de publieke omroep. 
  4. Beding marktconforme vergoedingen en voorwaarden. 

Zie voor verdere uitleg én voorbeelden de Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod.

Wettelijk kader 

Dit is een korte uitleg bij de Mediawet. Zie artikel 2.1, artikel 2.141 en artikel 2.88 van de Mediawet. De regels zijn verder uitgewerkt in de Praktijkhandreiking Dienstbaarheidsverbod.

Disclaimer 

De inhoud op deze pagina biedt een overzicht van de belangrijkste informatie over het dienstbaarheidsverbod en beschrijft een aantal situaties. Omdat elke situatie anders is en kan afwijken van voorbeelden, is het aan te raden om voor specifieke gevallen de wet- en regelgeving te raadplegen. Heb je – ook na het raadplegen van collega’s of juristen – vragen? Dan kunt u gebruikmaken van het spreekuur van het Commissariaat voor de Media.